Begroting 2024: Heerlen zet inwoners centraal en wil meer samenwerken voor de toekomst

7 maanden geleden gepubliceerd

Het college van Heerlen legt op 1 en 2 november de begroting voor aan de gemeenteraad. De ambities uit het collegeakkoord ‘Uit liefde voor onze stad’ vormen opnieuw het uitgangspunt. Dit betekent dat de Heerlenaren centraal staan: jeugdigen moeten een toekomst hebben, ouderen mogen niet in een isolement komen en er moet uitzicht zijn op een baan voor mensen zonder werk. Mensen moeten de zorg krijgen die ze nodig hebben.

Toekomst van Heerlen

Het college kijkt ook naar het Heerlen van de toekomst, met aandacht voor een mooi centrum en mooie buurten. Er wordt voortdurend ingezet op Heerlen-Noord, het verbeteren van de leefomgeving van de inwoners, een rechtvaardige energietransitie, de centrumontwikkeling en economische kansen.

Uitdagingen en aanpak

Door ontwikkelingen zoals stijgende rente, loon- en energiekosten en inflatie was het nodig om alle bestaande posten en gereserveerde budgetten kritisch te beoordelen. Hieruit is een ambitieuze maar uitvoerbare begroting tot stand gekomen, waarbij de stijging van de woonlasten beperkt blijft.

Vier beleidsopgaven

Voor het gemeentelijk beleid heeft het college vier beleidsopgaven benoemd voor de lange termijn: “Basis op orde”, “Bestaanszekerheid en toekomst voor iedereen”, “Centrum Heerlen als huiskamer en broedplek” en “Transitie-opgaven vertalen naar Heerlens beleid”. Deze opgaven helpen bij investeringen, maar ook bij eventuele ombuigingen die zich in de toekomst aandienen.

Onzekerheid vanaf 2026

Voor de jaren 2024 en 2025 ligt er nu een sluitende begroting die rekening houdt met oplopende kosten en inflatie. Er zijn echter zorgen over de financiële situatie vanaf 2026. Gemeenten krijgen dan minder geld van de rijksoverheid om hun taken uit te voeren. Daarom is er nu, net als in veel andere gemeenten, een verlies te zien in de jaren 2026 en 2027.

Wethouder Martin de Beer van Financiën zegt hierover: “In grote lijn kunnen we onze ambities uit het coalitieakkoord voortzetten. Maar omdat we steeds afhankelijker worden van het rijksbeleid, zijn we voor de toekomst sterk afhankelijk van de richting die het nieuwe kabinet zal inslaan. Dat brengt grote onzekerheid met zich mee voor de broodnodige investeringen in onze stad en inwoners. Maar we zien ook kansen die we kunnen omzetten in daadwerkelijke investeringen als we inzetten op meer samenwerking met de rijksoverheid.”